Wim en zijn autosomaal DNAWaar komen de stukjes van mijn DNA vandaan?* |
English google translate of this page. Wat zit er in mijn DNA?Ik kom uit Beek en Donk, een dorp in de regio van Eindhoven. Ik heb al vele jaren geleden stamboom onderzoek gedaan, en, na het klassieke onderzoek, ook de afkomst van mijn Y-chromosoom onderzocht. In een van de stappen heb ik daarbij de Geno 2.0 test laten doen door National Geographic. Mijn doelstelling was een stapje verder te komen in mijn Y-DNA onderzoek. In Geno 2.0 bleek ook een autosomale test te zitten. Het autosomale deel bestaat uit 22 chromosomenparen; van elk paar krijg je één chromosoom van je vader en één van je moeder. Je krijgt niet automatisch steeds één chromosoom uit een chromosomenpaar van b.v. je vader, maar er kan recombinatie plaatsvinden. Dan krijg je een chromosoom van je vader die voor een deel van zijn vaders chromosoom (mijn opa) komt en voor een deel van zijn moeders chromosoom (mijn oma). Er heeft dan een knip plaats gevonden, en de twee delen zijn weer aan elkaar geheeld. Over de 22 chromosomen vindt er zo'n 30 keer een splitsing plaats. Ruwweg: hoe langer een chromosoom is, hoe meer kans dat een chromosoom zich splitst. Voor wat betreft de naamgeving: chromosoom 1 is het langste chromosoom en chromosoom 22 is de kortste. |
Via de blauwe lijn kan het Y-DNA onderzocht worden; in het rood kan het mtDNA onderzocht worden, en in het groen is aangegeven van wie het autosomaal DNA te onderzoeken zijn. Van de personen in grijs wordt geen DNA meer gedeeld, alhoewel het ook voorouders zijn. Van de recente voorouders wordt steeds zo'n 50% van het DNA verdeeld. Na ongeveer vijf generaties wordt dit anders. Dan zijn er voorouders waarvan men kleine stukjes DNA heeft en voorouders waar men geen DNA van heeft. Hoe verder men terug gaat, hoe kleiner de kans dat men nog een gezamenlijk stukje DNA vindt. |
Hier is de relatie tussen mijn vader, moeder en hun gezamenlijke voorouders te zien. |
De familieband tussen mijn oudersMijn ouders zijn ver familie van elkaar. In de moderne terminologie is dit in de 8e graad. De grootouders van mijn ouders zijn neef-nicht. Hun gezamenlijke voorouders zijn Adrianus Henricus van Zeeland en Petronella Joannes van Lijssel; in 1823 trouwen zij in Gemert. Traditioneel zijn volgens het canoniek recht huwelijk voor 1e en 2e graad (broer-zus) verboden. Voor de 3e en 4e graad (neef-nicht) is er toestemming nodig. Vanaf de 5e graad wordt dit niet als een probleem ervaren. In Nederland is de huidige wetgeving flexibeler: ook voor een huwelijk in de 3e graad (b.v. oom-nicht) of 4e graad is geen toestemming meer nodig. De 8e graad is dus in verhouding erg ver weg. De angst voor inteelt kan sterk zijn, zie bijvoorbeeld het huwelijk tussen Charles Darwin en zijn nicht. De kans op aangeboren afwijkingen is bij een neef-nichthuwelijk ongeveer 2%, wat vergelijkbaar met de kans dat een kind geboren wordt met een afwijking bij een moeder van boven de 35 jaar. |
De analyse met Geno 2.0De autosomale gegevens van Geno 2.0 zijn beperkt. Ze zijn vooral bedoeld om te zien waar je autosomale DNA vandaan komt. De oude autosomale DNA zijn per gebied op de aarde verschillend. Indien de ouders uit twee verschillende delen van de wereld komen, is dit duidelijk te zien. In dat geval zal er 50% van het DNA uit het ene gebied komen en 50% uit het andere. Het bleek mogelijk om de autosomale metingen op volgorde te leggen. Vervolgens stelde ik mijzelf de vraag: hoe zou het patroon er uit zien als ik een stukje chromosoom van mijn gezamenlijke voorouders zowel via mijn vader als via mijn moeder ontvangen zou hebben. Het stukje chromosoom zou dan dan uit elementen AA, CC, GG of TT bestaan, maar geen combinatie, dus geen CA of AG. Als ik een stuk op een chromosoom zou hebben waar ik een lange rij zou hebben die alleen uit AA, CC, GG en TT bestaat, zou ik hetzelfde segment van twee kanten hebben ontvangen. Dit vond ik niet. Ik rekende ook nog uit hoe lang een dergelijk stuk zou zijn, en concludeerde dat, indien ik hetzelfde segment van twee kanten ontvangen zou hebben, ik dit had moeten kunnen meten. Ik concludeerde dat ik geen dubbele delen in mijn auDNA heb als gevolg van de verre familieband tussen mijn ouders. |
Het ftdna overzicht van de chromosomen; de delen die door mijn vader en moeder gedeeld worden zijn oranje gekleurd. Gemiddeld verwacht men dat 0.781% gedeeld wordt, zie ISOGG overzicht; verwacht is 53cM; in dit geval was het 45 cM, door toeval een fractie minder. |
Een controle met ftdna gegevens van mijn ouders De bovenstaande analyse was gebaseerd op Geno 2.0 gegevens, echter zonder dat de gegevens bedoeld waren voor dit doel. Er was dan ook geen standaard tooling
om dit te controleren. Voor de zekerheid heb ik een auDNA test bij familytreedna aangevraagd voor zowel mijn vader als moeder (totaal € 128).
Na ontvangst hebben we het wangslijm in de potjes gedaan en opgestuurd. Daarna was het wachten.
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
In de kolommen "van Pa" en "van Ma" is aangegeven of ik het DNA-segment van mijn vader
|
Uit het vergelijk tussen de resultaten van ftdna en gedmatch is duidelijk dat de waarden van de segmenten niet exact bepaald kunnen worden. De twee methoden geven globaal gelijke resultaten, maar ze verschillen behoorlijk in detail. Indien we accepteren dat kleinere segmenten ook kunnen matchen vinden we meer matches; de kleinere matches zijn echter niet betrouwbaar. Ze kunnen ook gevormd zijn als gevolg van toeval. Vervolgens zijn de Geno 2.0 gegevens van mij gebruikt. Deze zijn vergeleken met die van mijn vader en moeder. Ik kon alleen de markers vergelijken die zowel door Geno 2.0 als door ftdna gemeten waren. Zo goed als alle Geno 2.0 markers zijn door ftdna gemeten; het was ongeveer 20% van de ftdna markers. Het bleek voldoende om het vergelijk te maken. Met behulp van een techniek "phasing" kon ik het chromosoom ontleden en bepalen wat de waarden van elk chromosoom was. Ik kon zo ook nagaan wat er met het gezamenlijke DNA deel van mijn ouders gebeurd was. Het bleek dat ik van de 6 segmenten er 1 van mijn vader gekregen had en 3 van mijn moeder. Het is alsof je twee keer een dobbelsteen gooit. Het ene segment dat ik van mijn vader gekregen had, zat niet in de set van 3 die ik van mijn moeder gekregen had. Het resultaat is dat ik van deze DNA-delen van Adrianus van Zeeland en Petronella van Lijssel, ik er drie via mijn moeders lijn gekregen heb en een via mijn vaders lijn. Het aantal Geno 2.0 markers dat identiek was tussen mijn vader en moeder is aangegeven in de laatste kolom van de tabel. Conclusie1 De stamlijnen van Adrianus en Petronella uit de genealogie komen overeen met de DNA gegevens.
|
|
|||
HOME | VERRE VOOROUDERS |